Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [25]Ik zal Israel zijn als de dauw; hij zal bloeien als de lelie, en hij zal zijn wortelen uitslaan als de [26]Libanon. 25. Deze beloften, afbeeldende, door schone gelijkenissen, de genade van Jezus Christus en den overvloed der gaven van den Heiligen Geest, behoren allen tot het nieuwe genadeverbond, gegrond in den Messias, onze Heere Jezus Christus, in wien alle beloften ja en amen zijn, 2 Kor.1:20, toebehorende het ganse Israel, dat is, aan de ganse kerk der gelovige Israelieten en heidenen. Verg. hfdst.13 vs.14. 26. Dat is, de bomen die op den Libanon staan, [alzo in vs.7], alwaar de welriekende wierook, wast, waarvan men houdt dat deze berg zijn naam heeft; want Lebona heet wierook, en deze berg heet in het Hebr. Lebanon.